2.3.3.3.1 Def.emotie
Emoties in psychologische zin zijn:
1. Veranderingen in actiebereidheid, waarbij men kan onderscheiden:
- Activatie: de bereidheid voor actie als zodanig
- Aandachtsarousal: de cognitieve bereidheid in de vorm van attentie
- Actietendensen: de bereidheid om relaties met de omgeving te modificeren of tot stand te brengen
- Verlangens & genoegens: de bereidheid voor specifieke belangenbevredigende activiteit.
2. Mechanismen, waarbij men kan onderscheiden:
- Een lust of onlust genererend mechanisme waarbij stimuli worden vergeleken met de voorkeurtoestanden van het organisme en waardoor de stimuli tot beloningen of bestraffingen worden gemaakt
- Een verwachtingen over beloning/straf genererend mechanisme dat in overeenstemming hiermee gedrag dicteert
- Een stuurvoorrang-generend mechanisme dat bepaald gedrag prioriteert, de activiteit van het moment onderbreekt en reserves ten behoeve van het betreffende gedrag aanspreekt.
Emoties in engere zin
Bij emoties in engere zin gaat het primair om (deel)mechanismen die belangenbevrediging veilig stellen via:
- Procesbewaking dat wil zeggen door in de gaten te houden of gebeurtenissen bevorderlijk of nadelig zijn voor al bevredigde belangen of voor verwachtingen en gedrag gericht op bevrediging
- Deel-mechanismen die hun eigen specifieke gedragsprogramma's besturen en hun eigen voorzieningen voor fysiologische activatie en onderdrukking hebben. De mechanismen werken door middel van tweeledige controle. Ze hebben als het ware duplicaten, die hun eigen functie matigen, afstemmen op de situatie, en eventueel verhevigen. Het gaat hierbij vooral om relationele actie-tendentie en verandering in geneigdheid tot relationele actie in het algemeen (activatie)
- Verandering in actiebereidheid als reactie op noodsituaties of interrupties. Deze verandering in actiebereidheid zou zelf beperkt kunnen worden tot activaties en de-activaties van de feitelijke, overte reacties: geactiveerd gedrag en fysiologische arousal of beroering. Deze laatste definitie levert uiteraard de ‘opgewonden’ emoties op, de typerende of paradigmatische emotionele reacties.
- Bereidheid & Tendens; beide zijn noodzakelijk, maar reacties kunnen achterwege blijven door beheersing, inhibitie of belemmering. Bepaalde reacties lijken manifestaties te zijn van flexibele programma's, waarvan de uitvoering voortduurt totdat een of ander eindpunt wordt bereikt
- Programma's voeren het bevel over een scala van reacties, die zich elk flexibel aanpassen aan de omstandigheden. Flexibiliteit, indien aanwezig, is niet alleen gelegen in de gedragsprogramma's zelf, maar ook in de mechanismen van de algemene activatie en de aandachtsarousal. Beide prepareren en bevorderen een aantal verschillende gedragsprogramma's
- Flexibiliteit ligt ook in het cognitieve vermogen. Het cognitieve vermogen onderscheidt verschillen in emotie-uitlokkende gebeurtenissen, en dient daarmee zowel de adaptieve flexibiliteit van reacties als flexibele regulatie.
- Opschorten & Flexibiliteit van gedrag, dat wil zeggen het begrip ‘emotie’ is zinvol voor zover starre gedragspatronen overgaan in veelzijdige, flexibele programma's die geïnhibeerd en opgeschort kunnen worden
- Zinvollepositie tussen doel en tendens enerzijds en het uitgevoerde gedrag amderzijds. Flexibiliteit en inhibitoire controle zijn uiteraard geen alles-of-niets-eigenschappen. Er is geen scherpe grens te trekken tussen ‘reflexmatig’ of ‘instinctief’ gedrag en emoties; de organisatievormen van gedrag kunnen in dit opzicht op een continuüm worden geordend.
Meer weten? Zie Psych.theorie