2.3.3.2.9.1 Invoer

De belangrijkste invoer voor het emotieproces bestaat uit stimulusgebeurtenissen (met inbegrip van gedachten) en belangen:

Stimulusgebeurtenissen en belangen ontmoeten elkaar bij het vergelijkingsproces. Daar worden:

Stimulusgebeurtenissen behoren ook tot de invoer voor de regulatieve processen en voor het diagnoseproces:

Ten slotte beïnvloeden externe stimuli de selectie en de besturing van specifieke, door actietendensen gemotiveerde, handelingen. Of men reageert met vechten, rennen of verstarren hangt af van de ruimtelijke context; of op een indringer met een provocatie of een fysieke aanval wordt gereageerd hangt af van diens ogenschijnlijke kracht of positie.

Meer weten? Zie Invoer etc.