2.3.4 Motivatietheorie
De motivatietheorie is een brede theorie over wat mensen beweegt. Hier staat de uitwerking van deze theorie op de praktijk centraal aan de hand van de trias: waarom, hoe en wat.
Hoe doe ik dat?
- U gebruikt de waarom-vraag
- U gebruikt de hoe-vraag
- U gebruikt de wat-vraag.
BEWERKEN:
- Verlangens daarentegen initiëren en onderhouden een nieuwe koers van handelen. Ze stellen doelen en activeren programma's om deze te bereiken. Verlangens komen voort uit de herkenning van het bestaan -potentiële beschikbaarheid of gewoonweg bestaan - van passende bevredigingsobjecten. Herkenning vindt plaats omdat die objecten aansluiten bij ‘gevoeligheden’, dat wil zeggen interne representaties, herinneringsbeelden, biologische disposities die het mogelijk maken dat waarneming van of denken aan deze objecten gedragsprogramma's uitlokt om ze te verkrijgen. De actiebereidheid van een verlangen dient alleen zijn eigen programma. Genoegens ontstaan uit de herkenning dat deze objecten binnen het bereik liggen van doelgedrag; ze bestaan precies uit de impuls om dat gedrag uit te voeren. Ze bewaken niet de komst of het bereiken van belangenbevrediging, zoals vreugde, of trots of tevredenheid doen; genot, tederheid en bewondering bewaken en motiveren het tot stand brengen van belangenbevrediging (van seks, koesteren of het delen in de waarde van iemand) als zodanig.
, waarmee men ideeën over het begrip persoonlijkheid, de ontwikkeling daarvan en eventuele afwijkingen (pathologie) kan bestuderen.
Hoe doe ik dat?
- U neemt kennis van een aantal (praktijk)voorbeelden
- U verdiept zich in enkele kernbegrippen
- U verdiept zich in de therapeutische toepassing
- U beseft dat psychische functies onderling verbonden zijn, er is samenhang
- U bestudeert de stoornissen
- U stelt zich op de hoogte van de grondleggers.
Meer weten? Zie Theorieen