2.1.2.2.5 Verzadiging

Iemand vertoont bepaald gedrag omdat dit een prettig gevolg voor hem heeft. Bij de techniek van de verzadiging probeer je om zo veel van dat prettige gevolg aan te bieden dat iemand verzadigd raakt, zodat hij niet meer gemotiveerd is om het gedrag uit te voeren. Een voorbeeld kan dit misschien verduidelijken: als je in een cafetaria gaat werken zal je baas je misschien verbieden om iets van de producten die je moet verkopen te eten. Hierdoor blijf je maar watertanden als je al die lekkere dingen ziet en zul je soms toch af en toe wat snoepen, hoewel dit dus eigenlijk niet mag. Als je baas tegen je zou zeggen: 'Eet maar zoveel je wilt' dan zul je misschien in het begin heel veel eten, maar de kans is groot dat je op een gegeven moment geen patat en kroketten en dropsleutels meer kunt zien. Je zult er dan ook vanzelf mee ophouden om ervan te eten.
Ook in de zorg voor verstandelijk gehandicapten wordt dit principe toegepast. 
Voorbeeld: een verstandelijk gehandicapte jongen (Remmelt) verzamelt lege dozen. Hij sleept ze allemaal mee naar zijn kamer die hierdoor steeds voller wordt. Het personeel probeert hem over te halen om wat van de dozen weg te doen want ze kunnen nauwelijk meer uit de voeten op zijn kamer. Hij wil hier echter niks van weten. Besloten wordt om de techniek van de verzadiging toe te passen. Iedereen die een lege doos tegenkomt neemt hem mee voor Remmelt. In eerste instantie is Remmelt hier erg blij mee maar op een gegeven moment wordt zijn kamer wel erg vol. De deur kan nog nauwelijks open en dicht. Op een goede dag ziet het personeel dat Remmelt zelf een groot deel van de lege dozen naar de container brengt! De techniek van de verzadiging heeft in dit geval dus gewerkt.